maandag 20 april 2015

Vogels




Meer dan tien jaar geleden trof mijn partner in haar jaarlijks kerstpakket onder meer een mooie rode wijn aan, curieus verpakt in een strak en efficiƫnt vormgegeven nestkastje.


De wijn is op. Dat spreekt voor zich, maar het vogelhuisje, dat doet het nog steeds.


Aan de parallelweg van onze straat staan 36 flinke lindebomen. Aan het exemplaar recht tegenover ons huis hangt het wijnkistje. In de loop der jaren heb ik nog eens tien nestkastjes aan de lindes gespijkerd. Ieder jaar blijken deze rond de 60% nuttig te zijn gebruikt. Dat constateer ik bij de jaarlijkse schoonmaak in het voorjaar. Soms tref je treurigheid: kleine dode vogeltjes of niet uitgebroede eitjes verpakt in een warm nestje van veren, haren en takjes. Kennelijk niet meer door de dood van de moeder bevoorraad en gevoed. Onze wijk kent een kwalijk hoog kattengehalte.


Sommige huisjes worden door bonte spechten oneigenlijk gebruikt. Verknald is een kwalificatie die hier beter past. Rond de invliegopening roffelen ze ritmisch en systematisch met hun snavel. Met de resonantie die dit met zich meebrengt baken ze hun territorium grondig af. Het maakt niet uit: een vogelhuisje biedt vogels meer dan slechts het nestelen. Het faciliteert ook het functioneel vernielzuchtig gedrag van de grote bonte specht.


Die fles wijn bracht me tot amateuristisch vogelaar.


's Winters verras ik mijn gevederde vrienden in onze tuin met kruimels uit de lade van de broodsnijmachine van Albert Heijn en met vetbolletjes van de Action. Het geeft drukte en reuring dat het een aard heeft: mussen, koolmeesjes en merels vliegen af en aan. In het struweel voorzie ik de roodborstjes van havermoutvlokken. Met hun gehuppel en gescharrel bekoren zij mij het meest.

Deze winter hebben de vogels met z'n allen 36 vetbolletjes weggewerkt. De restanten ervan leveren een bont plaatje op.




De Groninger Gezinsbode is een huis-aan-huis-blad dat twee keer per week verschijnt. Ik verwonder me er iedere week over dat men dit altijd maar weer journalistiek en nieuwswaardig weet vol te schrijven. 

Het werd me duidelijk toen begin april 2010 een journalist van de Gezinsbode bij mij voor de deur stond. Mijn nestkastjes aan de Europaweg waren hem opgevallen. Stof voor een artikel, immers human interest. Een kort interview volgde al gauw, evenals de fotograaf.

Daar figureer je dan prominent op dinsdag 13 april 2010 in de headlines van een huis-aan-huis-blad. 
Het interview werd weergegeven op pagina 2 en 3. De inhoud ervan behelst feitelijk niet meer dan hetgeen hierboven uiteengezet. *)

Journalistiek is een breed genre, een waarin nonsens snel verwordt tot nieuws.








________________________________________________
*)